Verlegenheid is angst in gezelschap van mensen en komt in veel vormen en gradaties voor. Bijna iedereen is verlegen voor een grote zaal vol mensen, maar er zijn ook mensen die hun huis niet uit durven.

Sommige mensen zijn van jongs af aan verlegen, anderen worden dat op latere leeftijd. Vaak ontstaat verlegenheid in de puberteit. Ook door nare ervaringen, zoals werkloosheid of een scheiding, kan men last krijgen van verlegenheid.

Kern van het probleem is onzekerheid. ‘Doe ik het wel goed’, is een vraag die je als je verlegen bent gewoonlijk beantwoordt met ‘vast niet’. Door gebrek aan zelfvertrouwen durf je op school of op je werk niet om nadere uitleg te vragen als je iets niet begrijpt. Ze konden je wel eens dom en lastig vinden!

Uit onderzoek is gebleken dat 40% van de mensen verlegen is. De helft van hen voelt verlegenheid als een zware last en wil daar vanaf. Veel genoemde situaties die verlegen mensen moeilijk vinden zijn:
· binnenkomen in een volle kamer, bijvoorbeeld bij een feestje;
· voor een kassa in de rij staan;
· een groepje mensen dat lacht als je voorbij loopt;
· omgaan met collega’s;
· als je hulp nodig hebt daar om vragen;
· een sollicitatiegesprek;
· een functioneringsgesprek met de baas;
· kennismaken met iemand van het andere geslacht;
· een conflict;
· tijdens een vergadering iets vragen of je mening geven.