Spreken voor een groep: van faalangst naar zelfvertrouwen!
Zelf zag ik vroeger vreselijk op tegen de verplichte spreekbeurt op school. Ik had gekozen voor Albert Schweitzer, had het nodige over hem gelezen en alle wetenswaardigheden over hem op een rijtje gezet. Wat heet, ik had de hele tekst van mijn spreekbeurt uitgeschreven. Ik denk dat mijn spreekbeurt is ontaard in een voorleesbeurt.
Mondelinge examens vond ik ook verschrikkelijk. Daarom probeerde ik mijn schriftelijke examens zo goed mogelijk te maken en waar mogelijk vrijstelling voor een mondeling examen te krijgen. Helaas pakte mijn mondelinge eindexamen Engels slecht uit. De voorbereidingstijd van een tekstje was korter dan aangekondigd. Ik durfde dat niet te zeggen. En doordat ik de tekst nog niet goed in me had opgenomen, kon ik diverse vragen niet beantwoorden. Zodoende kreeg ik een onvoldoende voor Engels op mijn eindlijst terwijl ik mijn hele middelbare schooltijd nooit een onvoldoende voor Engels op mijn rapport heb gehad. Mijn HBO-opleiding heb ik geheel en al met een diploma kunnen afronden door schriftelijke tentamens. Overigens merk ik nog steeds dat ik nogal visueel ben ingesteld en auditief relatief zwak.
Heel lang geleden heb ik op eigen initiatief een cursus spreekvaardigheid (van Retorica) gevolgd. Met praktische oefeningen en een proeve van bekwaamheid, waar ik voor ben geslaagd. Maar mijn verlegenheid, faalangst, perfectionisme bleven mij parten spelen.
In 1984 ben ik toegetreden tot de Werkgroep Verlegenheid en in 1988 ben ik lid geworden van de VVM. Daar leerde ik de theorie van de sociale en assertieve vaardigheden en bracht deze in praktijk in de zelfhulpgroep in Sittard en als penningmeester in het bestuur van onze landelijke vereniging. Daardoor ben ik mij bewust geworden van het nut van het ‘spreken in het openbaar’, binnen de VVM en daar buiten, zoals op het werk. En het nut van het oefenen van het spreken voor groepen. Zo heb ik op een landelijke dag van de VVM verteld over het boek “Grijp je kans!”, heb ik een keer een lezing gehouden voor het Katholiek Vrouwengilde in Valkenburg aan de Geul over “Verlegenheid”, heb ik een dankwoordje gesproken voor de docenten (namens de ouders) bij het afscheid van mijn jongste dochter en haar klasgenoten van de MAVO. Zo heb ik bij Paul van Vliet op het podium van de Sittardse stadsschouwburg verteld waar ik spijt van had en deel uitgemaakt van een panel onder leiding van Theo van Gogh ter gelegenheid van de presentatie van het boekje “Nooit meer verlegen! 100 tips” van Roeland Schweitzer. En heb ik gesproken bij de uitvaart van mijn oma, van mijn moeder, van mijn broer en een oud-collega. Soms voorbereid, soms onvoorbereid.
Gelet op mijn ervaring adviseer ik iedereen ook die weg te bewandelen, want oefening baart kunst. Vandaar mijn idee om leden van de VVM aan te moedigen om ook eens een (korte) spreekbeurt over zijn of haar hobby te houden op de landelijke dag of een vergelijkbare workshop van de VVM. Om het iets minder eng te maken kan dat ook in de vorm van een mondeling interview, waarbij dan wel een zaal met toehoorders aanwezig is. Toehoorders die goed proberen te luisteren en eventueel een vraag ter verduidelijking of verdieping mogen stellen. Hopelijk zijn er mensen die dat durven en weet de spreker er rustig een antwoord op de geven.
Voor de interviewer denk ik aan de volgende vragenlijst:
1. Hoe heet je?
1. Waar kom je vandaan?
2. Hoe is jouw woonsituatie c.q. privésituatie?
3. Heb je familieleden waar je (nog) contact mee hebt? En/of: Heb je vrienden?
4. Heb je werk en zo ja, wat voor werk? En/of: Wat studeer je?
5. Welke hobby of hobby’s heb je? (Of: Wat doe je graag in je vrije tijd?)
6. Vertel eens wat meer over jouw hobby(‘s). [Hier komt het aan op vrije informatie van de geïnterviewde en zijn bevlogenheid. Als je jouw spreekbeurt voorbereidt, dan kun je de structuur er van beter doordenken, te bespreken punten als leidraad noteren en wellicht wat demonstreren aan de hand van meegebracht materiaal. De leden in de zaal kunnen oefenen in geïnteresseerd luisteren en proberen een verdiepingsvraag of vraag ter verduidelijking te formuleren.] 7. Zijn er in de zaal soms vragen naar aanleiding van het verhaal over de hobby van deze spreker/geïnterviewde? Zo ja, dan komen deze nu bij toerbeurt aan bod.
8. Tenslotte: Dank je wel! En applaus voor de spreker!

Na afloop kan je als spreker/geïnterviewde trots zijn op jezelf dat je een spreekbeurt hebt gehouden en zal je ervaren dat daardoor je gevoel van eigenwaarde (zelfvertrouwen) is toegenomen. Het publiek oefent in luisteren en leert iets van een ander, namelijk de hobby (feitenkennis) en de passie (emotie, gedrevenheid) van de spreker. En het publiek kan oefenen in het stellen van vragen.
Daarom ik zeg ik: “Mensen, kom naar deze workshop. Durf uit je comfortzone te treden. Grijp je kans! Grijp de kans om figuurlijk te groeien, de kans om je zelfvertrouwen een boost te geven door een drempel over te gaan en een positieve ervaring rijker te worden!” Zowel sprekers als toehoorders/luisteraars zijn van harte welkom! Beide hebben elkaar nodig, anders blijven we in non-verbale communicatie hangen. En dat willen we toch geen van allen?!
Wil je eerst de kat een beetje uit de boom kijken, dan kan je beginnen met een keer de rol van interviewer te spelen.
Als het coronavirus geen roet in het eten gooit, dan wordt deze (eerste) VVM-workshop “Spreken voor een groep” gehouden op zondag 10 april 2022 in Den Haag, een VVM-happening waar nog meer te oefenen is en spelenderwijs te leren. Komt allen!

Aanmelden: zie nieuwsbrief